Auteur: Lieve Willaert
In het centrum van Bornem, vlakbij de abdij, ligt een prachtige geheime tuin die bijna niemand kent. Hij is dan ook niet toegankelijk voor bezoekers. De tuin maakt deel uit van de motte ten Dulft.
Op de hoger gelegen stuifzandrug, maar vlakbij de moerassige Scheldevallei waren reeds ten tijde van de Romeinen en de Franken tekenen van menselijke bewoning. Het was dan ook een uitstekend plaats om een motte kasteel te bouwen.
Een motte kasteel is een middeleeuws burchttype uit de 11de eeuw. Een motte werd ingedeeld in twee delen. Het opperhof bestond uit een kunstmatig aangelegde aarden heuvel met een vlakke top en omwalling waarop een toren of donjon werd gebouwd. Oorspronkelijk werd die opgetrokken in hout en later in steen. De toren had een militaire functie en deed dienst als uitkijktoren. Vermoedelijk diende de toren als seinpunt. Hij maakte deel uit van een visuele verbinding met de toren van het kasteel aan de (Oude) Schelde. In geval van gevaar kon de adel zich daar verschansen. Het lager gelegen neerhof had meer een economische functie. Er stonden woningen, een hoeve (de dilfthoeve), stallingen, een kapel enz. De gewone mensen en hun vee vonden er bescherming. De motte was omringd door een gracht en langs de binnenzijde ook door een houten omheining. De gracht werd voorzien van water afkomstig uit de Guil.
Van deze oorspronkelijke constructie blijft alleen de aarden heuvel en delen van de gracht over.
In de 14de eeuw kwam de motte in handen van de familie Van Der Delft die hun naam gaven aan het domein. In de heuvel werden ijskelders aangebracht. Een ijskelder is een losstaande kelder waarin gedurende de winter, grote stukken ijs van een (nabijgelegen) plas of sloot opgeslagen worden. Dat werd dan afgedekt met hooi ter isolatie en zo kon men er heel lang voedsel in bewaren.
De toren verdween in 1737 en de overige gebouwen werden vernield tijdens de boerenkrijg in 1798. Op de heuvel waar de vroegere toren stond werd in 1802 een nieuwe toren gebouwd die op de Poppkaart uit 1860 ‘Observatoire’ wordt genoemd.
Op een gecementeerde basis bouwde men een 12 m hoge vierkante toren van zandsteen. Daarop kwam een halfrond traptorentje van baksteen. De vensters zijn rechthoekig op de benedenverdieping en spitsbogig op de tweede bouwlaag en het torentje.
De Dilfthoeve, naast de motte toren werd in 1802 terug opgebouwd als kasteel Dulft. Dit werd een mooie classicistische herenwoning. Qua uiterlijk heeft dit gebouw echter niets meer te maken met de middeleeuwse situatie.
Zowel de motte als het kasteel en de tuin kregen in 1978 bescherming als monument en als landschap
Van de toren is niet zo veel zichtbaar omdat hij dicht begroeid is met onder andere oude beuken. Behalve beuken staan er in het park ook sequoia, plataan, eik, els, hulst, tamme en wilde kastanjes, hazelaars en valse acacia’s.
Volgens een anonieme mondelinge bron staat er op het domein ook een boomgaard met een twintigtal oud fruitbomen met prachtige oude rassen zoals rode James Grieve, een Sterappelaar, een Goudrenette, een Ossenkop, een Lombard’s Calville, een Notarisappelaar en zelfs een Alkmene. Deze heeft een prachtige ruwe mutant die de Boomgaardenstichting dit najaar nog aanvaard heeft als den Dulftappel (Schone van den Dulft) en die ze zelfs willen komen enten en achteraf landelijk verdelen. Een aantal oude fruitbomen zijn dit jaar nog aan vervangen toe. Er bestaan plannen voor de aanleg van een kruidentuin met een veertigtal kruidensoorten.
Op het domein lopen er zestien Keltische schapen rond: Soays, St Kilda’s, Ouessants en hun kruisingen. Dit zijn allemaal primitieve gedomesticeerde schapenrassen oorspronkelijk afkomstig van de Schotse eilanden die qua uiterlijke kenmerken en gedrag sterk lijken op wilde of verwilderde schapen. Onlangs werd er ook gestart met en nieuw Keltisch geitenproject.
In deze tijd van het jaar komen er ook veel paddenstoelen voor. Men zag er onder andere de reuzenparasolzwam, de wilde koningsoesterzwam, grote stinkzwam en verschillende aardsterren.
Vanzelfsprekend vinden er tussen de bomen heel wat zangvogels de nodige rust en bescherming. Kortom er valt heel wat natuurschoon te beleven in deze ontoegankelijke, geheime tuin van Bornem.
Misschien kunnen de gidsen eens een afspraak maken om de tuin te inventariseren. Is voor de eigenaars ook interessant toch? Staat ook op
mijn emmerlijst. Frans
laat ns dat eens bespreken in een volgende vergadering