De kleur van maart is geel !


Auteur: Lieve Willaert

Tijdens mijn wandelingen deze maand viel mijn oog op de vele mooie gele bloemen die zo vroeg op het jaar te zien zijn. Niet alleen ik maar ook insecten hebben een aangeboren voorkeur voor gele bloemen in de lente.  Een kleine bloemlezing:

Narcissen:

Wilde narcissen zijn zeldzaam. De oudste bekende vindplaats van wilde narcis wordt door DODOENS (1554) geciteerd: “by Puers ende Bornehem daer zy overvloedich wassen”, met andere woorden in Klein-Brabant, net ten noorden van het huidige areaal.  In Marselaer en Tekbroek kan je er nog altijd vinden. Bij de wilde narcis zijn de bloemdekslippen  lichtgeel, de bijkroon (corona) is diepgeel en trompetvormig,

De geweekte varianten zijn zeker niet minder mooi en kan je in maart overal overvloedig bewonderen.

Mahonie:

Dit is een invasieve exoot, een stinsenplant, die in de 19de eeuw naar hier werd gebracht om tuinen van kastelen en abdijen op te smukken. De wintergroene bladeren zijn stekelig getand en bovenaan glanzend en lijken een klein beetje op hulst. De prachtige gele bloemen zitten in pluimvormige trossen. Na de bloei krijgt de stuik blauwzwarte besjes. Het vruchtvlees zou eetbaar zijn maar de pitten zijn best giftig. Oppassen dus!

Mannelijke wilgenkatjes:

Wilgen zijn tweehuizig. Elk wilgenpluisje is een volwaardige bloem.  De mannelijke wilgen vallen op omdat hun katjes opvallend geel kleuren door hun overvloedig hoeveelheid geel stuifmeel.  Een lekker buffet voor de larven van de vroege bestuivers zoals de grijze Zandbij.

Paardenbloemen:

De schoonheid van deze composiet wordt naar mijn bescheiden mening zeer ondergewaardeerd. Behalve dan door hun bestuivers zoals de dagpauwoog.  De gele bloeiwijze noemt men een hoofdje. Het hoofdje bevat honderden lintbloemen. Bekijk eens één zo’n klein lintbloempje van de paardenbloem. Je ziet duidelijk de stijl met 2 stempels. Aan de voet van de stijl zijn 5 meeldraden vergroeid.

Brem:

Brem bloeit in mei en juni. Deze foto heb ik genomen op 20 maart in het abdijpark. Veel te vroeg op het jaar dus.  Alweer een gevolg van onze te zachte winters. Brem behoort tot de vlinderbloemigen. De bloemkroon is goudgeel van kleur. De bloem heeft een vlag en een kiel. Aan de voet van de vlag zit een honingmerk. De kiel steekt in gesloten toestand recht vooruit. De bloemen worden bevrucht door hommels. Als deze op de kiel landen, springen tien vergroeide meeldraden tevoorschijn.  Ze bepoederen dan het insect met stuifmeel. De spiraalvormige stijl komt vrij en wrijft over de rug van het insect. Heeft de hommel al eerder een andere bloem bezocht dan kan het stuifmeel van die bloem zorgen voor bevruchting.

Gaspeldoorn:

Deze foto werd genomen in Branst bos. Net zoals brem is gaspeldoorn een vlinderbloemige. De gaspeldoorn bloeit echter vroeger op het jaar. De takken en twijgen eindigen op doornen en de bladeren eindigen in stekels. Deze werden in de middeleeuwen gebruikt als speld om kleding te sluiten.

Gewoon speenkruid:

Speenkruid behoort tot de ranonkelfamilie en is ook een vroege voorjaarsbloeier tussen het gras. De gele bloemen hebben acht tot twaalf kroonbladen en drie, soms vier groene kelkbladen. Bij slecht weer blijven de bloempjes gesloten maar als de zon schijnt komen ze wijd open. De prachtige bloemen van het speenkruid vormen heel zelden vruchtjes. De vermenigvuldiging van de plant gebeurt meestal door middel van okselknolletjes.

Stinkende gouwe:

Stinkende gouwe behoort tot de papaverfamilie. De bloemen zijn mooi heldergeel en eenvoudig symmetrisch. Er zijn twee kelkbladeren, vier kroonbladeren, veel meeldraden en een stamper. Twee tot zes bloemen vormen een scherm, dat van april tot in de herfst bloeit. Door de zachte winter zijn ze er ook dit jaar weer vlug bij. De geur vind ik niet zo direct vies zoals vaak gezegd maar wel apart. Bij regenweer blijven de bloempjes toe en heeft er indien mogelijk zelfbestuiving plaats. De zaadjes die gevormd worden hebben een mierenbroodje. Handig voor de zaadverspreiding door mieren.

Forsythia:

In tuinen kan je er momenteel niet naast kijken. Het chinees klokje of forsythia is een exoot afkomstig uit Azië.  De gele, trompetvormige bloemen hebben een diep ingesneden kroon met 4 slippen. Deze gecultiveerde soort is ook best aantrekkelijk voor vlinders.

Paashaas:

Gisteren kwam ik per toeval ook dit gele exemplaar tegen op mijn pad. Opvallen doet ie wel deze paashaas.  Zou die ook bij de bijen en vlinders in de smaak vallen?

Alvast een zalig Paasfeest gewenst aan al  onze lezers!

Bron: waarnemingen.be