Auteur: Lieve Willaert
Ikzelf op de boomgaard in de abdij, Jan in de lange dreef in Weert, Ilse op het grasland in de Notelaer, we hebben het allemaal wel eens voor, want we wandelen nu eenmaal graag in de natuur. En voor je het weet krijg je dan het bezoek van een schapenteek. Je voelt het niet, het doet dus geen pijn maar ja, ze bijten goed door.
De schapenteek (Ixodes ricinus) komt het meeste voor in onze streek. Ze lijken sterk op spinnen en zijn er dus ook aan verwant. Ze zijn maar 1mm groot. Typisch voor een teek is dat ze geen duidelijke scheiding hebben tussen hun borststuk en achterlijf.
In Bornem en Puurs -St- Amands kwamen in 2017 tussen de 50 en 200 tekenbeten per 100000 inwoners.
Teken zitten in struikgewas, bomen en op grassprieten op jou te wachten tot je langskomt. En ja, ze nemen hun tijd. Ze zitten lange tijd heel stil en kunnen meer dan een jaar zonder voedsel. Wees maar zeker dat de teek je opmerkt als je voorbij wandelt. Ze voelt je van op afstand via kleine haartjes op haar voorpootjes. Daarmee registreert ze vochtigheid, geuren en voelt ze je lichaamswarmte. In een mum van tijd zit ze op je been en klimt ze omhoog op zoek naar een warm plekje. Ze komt terecht in je knieplooi, liesstreek of schaamstreek. Maar soms blijft ze ook gewoon op je arm of je been zitten.
En dan gebeurt het. In het midden van hun zuigsnuit hebben ze steekorgaan met weerhaken. De huid wordt doorboord maar je voelt er niets van omdat in het speeksel van de teek een verdovende stof zit die ook de bloedstolling tegen gaat.
En dan begint het feestmaal.
In volgezogen toestand kan een teek meer dan een centimeter groot worden. Dit is mogelijk dankzij de extreem rekbare huid. Een volwassen vrouwtje kan wel tien keer het eigen lichaamsgewicht aan bloed opzuigen. Dit is nodig voor de ontwikkeling van het grote aantal eitjes dat ze leggen. Eens ze volgezogen is laat de teek los en valt ze op de grond.
Een mannelijk teek heeft minder bloed nodig.
Levenscyclus van een teek:
Nadat een vrouwtje haar eitjes op de grond heeft gelegd, sterft ze. De jonge teek die uit het ei kruipt, wordt larve genoemd. Die heeft maar zes poten in plaats van acht. Deze larve kruipt op een grassprietje omhoog, zoekt een gastheer, vult zich met bloed en laat zich terugvallen op de grond om te vervellen. Dit proces herhaalt zich tot de larve een nimf wordt. Vele larven vinden echter geen gastheer verhongeren en sterven. Na een bloedmaaltijd en weer een vervelling wordt ze volwassen. Voor de schapenteek zijn behalve schapen en kleine zoogdieren (zoals de ree) ook de mens kandidaat gastheer.
Waarom is men nu zo bang voor een tekenbeet?
Het gevaar zit hem in de snuit. Als de teek bijt kan er in het speeksel van de teek mogelijks een virus of een bacterie zitten die dan doorgegeven wordt aan de gastheer.
Enkele ziektes die hiermee gepaard gaan zijn:
- De ziekte van Lyme: wordt veroorzaakt door een bacterie en heeft een heel divers ziekteverloop: griepachtig ziektebeeld met malaise, koorts, keelpijn en spierpijn. In ernstige gevallen krijgt men aandoeningen van het zenuwstelsel met mogelijk verlammingsverschijnselen, gewrichtsaandoeningen, hartaandoeningen enz.
- Het alfa-galsyndroom: veroorzaakt een allergische reactie op rood vlees
- Frühsommer-Meningoenzephalitis (FSME): een virus dat hersenvliesontsteking kan veroorzaken (komt zo goed als niet voor in België, wel in Europa)
Ongeveer een à twee procent van de mensen die een tekenbeet oplopen krijgen de ziekte van Lyme. De kans op besmetting is gering als de teek binnen 24 uur verwijderd wordt.
Krijg je de kenmerkende rode ring of vlek bij de plek van de tekenbeet dan moet de huisarts worden geraadpleegd. Omdat de rode verkleuring niet altijd optreedt, is het van groot belang om na elke tekenbeet alert te blijven op symptomen van Lymeziekte.
Als je er tijdig bij bent kan een antibioticakuur worden voorgeschreven die de klachten vermindert of stopt.
Hoe voorkom je een tekenbeet?
Als je geen insectenwerende middelen wil gebruiken, is het heel belangrijk dat je al je lichaamsdelen goed bedekt houdt en de broekspijpen in de sokken steekt.
Als je terugkomt van je wandeling, neem dan de tijd om je goed te controleren, eventueel met behulp van iemand anders of met een spiegel.
Ontdek je een teek, dan moet je die zo snel mogelijk verwijderen zonder ze te beschadigen. Als je ze beschadigt leegt ze haar maaginhoud in je lichaam, zodat het besmettingsgevaar veel groter wordt.
Om de teek te verwijderen zijn er verschillende mogelijkheden. Enkele voorbeelden: tekentang, tekenlepel, tekenkaart, tekenbevriezer.
Bij twijfel kan je best raad vragen aan je apotheker.
Bronnen:
- Wohlleben Peter, Het bos-Het handboek voor elke boswandeling, A.W. Bruna uitgevers BV, Amsterdam, 2017.
- https://nl.wikipedia.org/wiki/Teken_(dieren)
- https://nl.wikipedia.org/wiki/Schapenteek
- https://www.tekenradar.nl/teken/teken
- https://nl.wikipedia.org/wiki/Tekenbeet
- https://www.sciensano.be/nl/pershoek/surveillance-van-tekenbeten-belgie-gegevens-van-tekennet-2017-en-resultaten-van-de-studie-op
- https://waarnemingen.be/species/7757/