auteur: Lieve Willaert
Moederdag is de dag bij uitstek dat er een bloempje gegeven wordt aan onze mama’s. En heel vaak blijkt dit een orchidee te zijn. De orchideeënfamilie (Orchidaceae) is een van de grootste plantenfamilies op aarde.
Het aantal soorten wordt zo rond de 20.000 geschat. Orchideeën worden ook weleens kort orchis genoemd, wat ook de naam van een specifiek geslacht is. De naam Orchis (όρχις) heeft mogelijk betrekking op de dubbele wortelknol: het Griekse ‘orchis’ betekent ook teelbal.
De bloem is opgebouwd uit drie kelkbladen en drie kroonbladen. Het middelste kroonblad is afwijkend qua vorm en vergroot (de lip), zodat het een platform voor insecten vormt om makkelijker het centrum van de bloem te bereiken.
De bestuiving gebeurt dus door insecten maar de zaadverspreiding die gebeurt door de wind. De fijne zaadjes kunnen gemakkelijk naar nieuwe groeiplaatsen verplaatst worden, maar daar moet dan wel de voor de kieming noodzakelijke schimmel aanwezig zijn, omdat het zaad zonder de schimmel niet kan uitgroeien. Orchideeën leven immers in een mutualistische symbiose met een schimmel (in de vorm van een mychorrhiza) waarmee ze voedingsstoffen uitwisselen. Bovendien duurt het lang om als kiemplant tot een volwassen vruchtdragend exemplaar uit te groeien.
In regenwouden groeien bepaalde soorten als epifyt hoog in de bomen.
Ze leven dus op andere planten zonder er voedingsstoffen van te onttrekken. Het zijn deze soorten die tegenwoordig als kamerplant worden gehouden.
Bovendien worden de soorten veel met elkaar gekruist wat zorgt voor de grote diversiteit aan kleuren en vormen.
In de natuur zijn de bloemen voor de bestuiving vaak afhankelijk van een specifiek insect. De bestuiving verloopt via een complex mechanisme, bijvoorbeeld doordat bij een insect een hele meeldraad op het lijf vast plakt en deze meegaat naar een andere bloem.
Ook bij ons in Vlaanderen komen orchideeën voor. En ja, ook in Bornem zijn ze terug te vinden in het wild maar in heel beperkte mate.
Ikzelf heb mogen kennis maken met de brede of breedbladige orchis.
De brede orchis (Dactylorhiza majalis) is een orchidee van het geslacht handekenskruid (Dactylorhiza). De naam handekenskruid is ontleend aan de ondergrondse wortelknollen, die lijken op een hand met een aantal vingers.
Het is een vroege bloeier, die gewoonlijk begin mei (= majalis) reeds in bloei staat. Ze staan graag op een vochtige, kalkrijke, voedselarme gronden en houden van de zon of halfschaduw. Het is een overblijvende geofyt (overwintert onder de grond).
De plant kan tot 40 cm hoog worden en heeft een dikke, holle en naar boven geribde bloemstengel.
De lancetvormige bladeren zijn twee keer zo lang als breed en vertonen meestal gevulde of ringvormige vlekken.
De aarvormige bloeiwijze draagt donkerpaarse tot paarsrode bloemen.
De bloemen zijn tweezijdig symmetrisch. De zijdelingse kelkbladen zijn afstaand of naar achter geslagen. De onderlip is duidelijk driedelig, waarbij de middenlob vaak duidelijk uitsteekt.
Het honingmerk (de tekening op de lip) bestaat uit donkere tot vage boogjes, stippen en streepjes, tot gesloten lussen. De spoor is naar onder gebogen en ongeveer driekwart zo lang als het vruchtbeginsel.
Vroeger kwam de brede orchis nog vrij talrijk voor in onze streek, maar door de overbemesting liep hun aantal sterk terug.
Mocht je ze tegenkomen in de natuur behandel ze met de nodige egards en voldoende respect! Denk er niet aan om ze te plukken of uit te steken want ze zijn wettelijk beschermd en staan op de rode lijst. Wil je persé een orchidee voor mama, bestel er eentje in de winkel.
Alvast een gelukkige Moederdag aan alle mama’s!
Meer informatie over de orchidee: