Vlasrootput “De Kluys”
Auteur: Rudi Van Duyse
We gaan nu op zoek naar waterdieren en meer bepaald ongewervelden (dieren zonder wervelkolom) , het zijn zij die gaan bepalen hoe het met de waterkwaliteit is gesteld. Afhankelijk van het aantal en de soorten kunnen we de BBI (Belgische biotische index) tabel invullen en die geeft een aantal punten op 10, TK klasse 1), de hoogste score in stilstaand water is 9/10 (TK klasse 2) omdat het diertje dat voor een 10/10 gaat , namelijk de steenvlieglarve, enkel in stromend water voorkomt.
Dus gevonden vissen en amfibieën tellen niet mee bij deze soorten.
Wat hebben we nodig:
-een schepnet met fijne mazen, want sommige ongewervelden zijn maar enkele mm groot en vallen anders door het net.
-een wit zeil, een plastiek bak, plastiek lepels, determinatiekaart van ongewervelde waterdieren, loepenpotjes, een digitale microscoop, invulkaarten, een emmer met koord om water te scheppen.
Hoe gaan we te werk:
-leg het wit zeil open en vul de emmer met poelwater.
-schep met de schepnet tegen de oever en tot op de bodem en dat op 5 verschillende plaatsen rondom de poel. Je mag bij elke schepbeurt 4 à 5 keren over en weer gaan.
-Leg het geschepte materiaal op het witte zeil en ga discreet met de plastiek lepel op zoek naar de waterdieren. Ga hier stapsgewijs en met kleine stukjes per keer te werk, onderzoek het complete geschepte materiaal langzaam, de diertjes verstoppen zich. Doe elk gevonden diertje in de emmer met poelwater.
-Sorteer de ongewervelden per soort in de loepenpotjes en zo kan je invulkaarten en de BBI tabel gaan invullen.
-Je kan nu het puntenaantal gaan aflezen.
-Doe daarna alle diertjes en het geschepte materiaal terug in de poel. Reinig het materiaal .
Welke ongewervelden hebben gevonden:
-de buit is mager en minimaal zoals we al hadden vermoed, we hebben slechts 5 verschillende soorten gevonden en dan nog die soorten die een goede waterkwaliteit niet echt nodig hebben om te overleven. We geven hierna een overzicht en de daar bijhorende tolerantie klasse(TK).Hoe lager de TK hoe meer het water zuiver is. Dus de hoogste kwaliteit in stilstaand water is TK2.
Bovenaan,TK1, staan de dieren die alleen in zuiver en zuurstofrijk water kunnen leven. Hoe meer men naar onder gaat vind je de dieren die in vuiler en zuurstofarmer water kunnen leven, TK7.
-TK6: de veder mug larve
-TK5: het zoetwaterpissebed, het bootsmannetje, de waterkever.
-TK4: de libellenlarve van de glazenmaker
Resultaat:
Als we dit resultaat uitzetten op de BBI dan komen we tot een resultaat van 4/10 hetgeen wil zeggen een onvoldoende water kwaliteit.
Samengevat ,zie tabel van de Macro-invertebraten hier onder :
-tussen de 2 en de 5 verschillende diertjes gevonden, namelijk 5 soorten
-het diertje met de hoogste TK klasse is de libelle larve, is TK4
Geeft een resultaat van 4/10 en dat is onvoldoende water kwaliteit.
Biotische index
Bron: Rudi Van Duyse en André Van Poeck