Van Wilg tot Aspirine


Salix Alba

auteur: Sonia de Keyzer

De geneeskrachtige eigenschappen van de wilg zijn al sinds de Oudheid bekend. In het verleden gebruikte men niet zoals tegenwoordig de schors, maar de bladeren.

In de traditionele geneeskunde gebruikte men vooral het blad van de schietwilg (Salix Alba) voor de behandeling van koorts, kiespijn, kolieken en hoofdpijn.

Men zette thee van de bladeren, deze thee had een uiterst onaangename smaak. Geneesheren schreven  de schietwilg ook voor bij reumatische aandoeningen met ontstekingen en pijn bij jicht, griep of astma aanvallen.

De schietwilg is 1 van de eerste geneeskrachtige planten  waar wetenschappers onderzoek naar deden.

 In de 19de eeuw kon de Franse chemicus Leroux als eerste de werkzame stof identificeren en hij noemde deze Salicine. In 1952 lukte het de chemici om Salicine chemisch te bereiden, 40 jaar later volgde daar een minder maagslijmvlies irriterende en beter smakende variant op, het acetylsalicinezuur. Een chemicus van het Bayercomplex in Duitsland slaagde erin hiermee een nieuw geneesmiddel te vervaardigen en het Asperientje was geboren.

Acetylsalicinezuur

Nog meer wilgenweetjes.

Kruidenvrouwen gebruiken door de eeuwen heen dus schors en bladeren van de wilg als pijnstiller bij allerlei aandoeningen. Later werden zij vervolgd als heksen en nog later werd het gebruik van schors en bladeren door deze vrouwen verboden omdat de wilg een grote economische waarde kreeg en niets mocht verloren gaan. Slim als zij waren stapten zij over naar het gebruik van de moerasspirea, welke een zelfde werking heeft.

Volgens de signatuurleer van Paracelsius ((1493-1541) vertellen de soepele wilgentwijgen het feit dat het de gewrichten soepel maakt en reumatische pijnen bestrijd. De wilg staat bovendien met zijn voeten in het water en heeft desondanks toch soepele takken. Dat benadrukt zijn gewricht ondersteunende werking, aangezien de mensen sneller stijve gewrichten krijgen als ze zich in vochtige omgevingen bevinden

Volgens hem dienen alle planten op aarde tot heil van de mensheid. De Schepper zou aan alle planten die geen duidelijke functie als voedings- of vezelplant hebben, een kenmerk (signatuur) hebben meegegeven dag het gebruik aanduidt. Er zijn tal van voorbeelden waarbij de leer van Paraselsius lijkt te kloppen, maar er zijn nog veel meer voorbeelden waarbij deze leer niet lijkt te kloppen,

De geneeskrachtige kracht van de mannelijke katjes

Mannelijke katjes worden net als de schors en bladeren gebruikt als geneesmiddel. De fyto-oestrogenen zorgen voor een andere werking dan de schors, waar deze bio identieke hormonen ontbreken. De katjes zijn vooral een rustgevend middel en wordt toegediend bij angst en slapeloosheid, baarmoeder krampen en overdreven seksuele drang.

Bronnen

https://www.phytonicsmed.com/schietwilg-salix-alba

https://mens-en-gezondheid.infonu.nl/natuurgeneeswijze/112699-de-geneeskracht-van-knotwilg-of-schietwilg.html#knotwilg-in-de-19e-eeuw