
Auteur: Rudi van Duyse
Het is zo dat we nu voor het middelbaar onderwijs van een school in Puurs gestart zijn met het organiseren van een terreinstudie met inbegrepen een compleet wateronderzoek, zoals we hebben verricht in Bornem.
We gaan dus regelmatig op zoek naar ongewervelde waterdieren die nog met het blote oog zichtbaar zijn, genaamd “zoetwater macro-in vertebraten”.
En we willen u graag laten kennismaken met sommige interessante vondsten.
Een heel opmerkelijk diertje dat we in onze netten vonden enkele tijd geleden was de staafwants.

DE STAAFWANTS
Onze eerste reactie was dat we een wandelende tak hadden gevonden, maar dat kan natuurlijk niet want die komen alleen voor in tropische en subtropische bossen en zijn meestal veel groter, alhoewel dit exemplaar toch wel een totale lengte had van een 60 mm, adembuis inbegrepen.
Het is dus een waterdier dat via de lange adembuis achteraan het lichaam zuurstof neemt boven het water. Ze hebben een bruine of geelbruine kleur en zijn specialisten om zich te camoufleren. We hadden een aantal takken met onze net boven gehaald en de staafwants leek onzichtbaar tot na enkele seconden er opeens iets bewoog aan de tak en inderdaad daar zat hij dan.
Ze zijn lang en stokachtig en leven in ondiep, stilstaand water, tussen de waterplanten en blijven vaak onbeweeglijk. Soms verlaten ze het water en met hun papierachtige vleugels gaan ze vliegen, al doen ze dat niet vaak, enkel bij het droogvallen van hun poel of vijver waarbij ze op zoek gaan naar een nieuw leefgebied.
In tegenstelling tot de echte wandelende takken die vooral blaadjes, takken en mos eten, zijn bij hen alle soorten kleine waterdiertjes een lekkernij, zoals bv. een watervlo, muggenlarven, kikkervisjes en zelfs kleine visjes. De voorste paar poten zijn vangpoten die als ze een prooi te pakken hebben dichtklappen zoals een knipmes. Met de kleine zuigsnuit kunnen zij diertjes verlammen en leegzuigen.
Hun eieren worden afgezet op waterplanten en de nimfen lijken sterk op volwassen dieren maar zijn kleiner en hebben nog geen ontwikkelde vleugels.
Ze kunnen wel prikken, al is hun steek niet gevaarlijk voor de mens maar kan wel pijnlijk aanvoelen vergelijkbaar met een wespensteek.
Zij hebben ook geen al te hoge waterkwaliteit nodig en kunnen overleven in de meeste poelen en grachten als er maar genoeg waterplanten voorradig zijn.
Toch wel een zeer opmerkelijk diertje dat we nog niet al te vaak in onze netten zijn tegengekomen.
